Chaumont 2010
22nd International Poster and Design Festival of Chaumont
Openingsweekend 28 – 29 mei 2011
Text (in Dutch) Harmen Liemburg for Items 4/2011
Het festival dat tot vorig jaar rond het affiche was gemodelleerd, zoekt verbreding en verdieping. Dit jaar stond de internationale competitie voor het eerst open voor álle grafisch ontwerpdisciplines, hetgeen ook in de naam (ánd Design) tot uitdrukking komt. Gezien het zeer kleine aantal inzendingen buiten de categorie posters, is deze boodschap nog lang niet doorgesijpeld naar de internationale ontwerpgemeenschap. De jury, onder leiding van Michaël Amzalag en Mathias Augustyniak (M/M, Paris), bestond niet louter uit grafisch ontwerpcoryfeeën, maar was aangevuld met kunstenaars, journalisten en schrijvers. De enige prijs die werd uitgereikt ging naar de zwitser Cornel Windlin voor een enorm pakket brochures, affiches en andere uitingen die hij de afgelopen jaren met z’n team maakte voor Schauspielhaus Zürich. Daarnaast mochten alle juryleden één project naar voren schuiven waar ze persoonlijk affiniteit mee hadden. Ook met de traditie van de festivalcatalogus, normaal een overzicht van alle geselekteerde inzendingen, werd dit jaar gebroken. Het werd opgesplitst in een frans- en engelstalig deel. Met genoeg ander beeld, zeker, maar ook opvallend veel ruimte voor textuele bespiegelingen over de rol van het festival voor het vakgebied via tamelijk ijdel overkomende briefwisselingen tussen M/M en Etienne Hervy, de huidige festivaldirecteur, en de juryleden onderling. Het Londense collectief Abåke, gevraagd om het engelstalige deel vorm te geven, koos er voor om het er bij wijze van ‘interventie’ als een pastiche van het inmiddels beëindigde dot dot dot magazine uit te laten zien… Dit alles past perfect in de huidige trend van beschouwende zine-achtige essays rond grafisch ontwerpen, maar wie gaat dit in godesnaam allemaal lezen?
Los van deze koersveranderingen moet het festival nog steeds werken binnen het bestuurlijke en ruimtelijke kader van haar thuisbasis, de provinciestad Chaumont. Er wordt gewerkt aan een nieuw centrum dat in 2013 af zou moeten zijn, maar ondertussen heeft de regelmatige terugkerende bezoeker het wel een keer gehad met het jaarlijks terugkerende rondje langs de dezelfde benauwde tentoonstellingslokaties. Niet dat er geen goed werk te zien was, integendeel. Espace Boucharon, de voormalige bibliotheek van de stad, was met z’n lege kasten en kleine intieme ruimtes een perfecte plek voor Ed Fella’s tekeningen, foto’s en drukwerk (zie elders in dit nummer). In hetzelfde gebouw was Monozukuri (Japans voor ‘dingen maken’), Formes d’impressions te zien, een aanstekelijk overzicht van recent werk waarin oude en nieuwe grafische technieken zoals hoogdruk, offset en zeefdruk op een fysieke en expressieve worden ingezet door ontwerpers als Bastien Aubry, Fanette Mellier en Niessen & De Vries. Het drietraps RGB afficheproject 13 à Cheval, buiten in het park, kwam minder goed uit de verf. Door de lullige presentatie middels rechtop gezette rioolbuizen, was het ondanks alle goede bedoelingen een toonbeeld van kneuterigheid. Zonde van het werk dat voor deze gelegenheid was gemaakt door Pinar & Viola, Michiel Schuurman, Jean Marc Ballee en anderen. De barokke Chapelle des Jésuites was het decor voor het biologerende Polyarc, een project van het Haagse Lust. Een deel van het steeds verder uitdijende festivalarchief was voor aanvang door Lust in een database gestopt. Op twee grote, in de architectuur van de kapel geïntegreerde beeldschermen, werden fragmenten van affiches uit de collectie versplinterd en vervolgense weer aaneengeregen tot een voortdurend bewegend en veranderend patroon. Vanaf een balustrade boven de ingang spuwde een printer voortdurende prints uit, die gekoppeld aan individuele bezoekers, als personal insert de festivalcatalogus complementeerde. Le Style Olivetti, in het huidige festivalhoofdkwartier Les Silos, bood highlights uit decennia van vormgeving voor het italiaanse typemachinemerk, waaronder de beroemde affiches van Herbert Bayer en Giovanni Pintori.
De ambitie die spreekt uit de titel, het programma en de begeleidende publicaties van het festival, botsen nog steeds met de provinciale praktijk. Een internationale programmering begint bij een heldere engelstalige website, en formulieren die voor potentiele deelnemers zonder het obstakel van frusterende franse bureaucratie zijn in te vullen. Maar daar gaat het, net als vorig jaar, al mis. Ronduit irritant waren de louter franstalige bijschriften in de exposities, en ook was niet (of alleen maar) gedacht aan een engelstalig programmaboekje. Daarnaast vormt de stad zelf een fysiek keurslijf, die het maken van een groter gebaar belemmert. Vooralsnog zou Chaumont voor Frankrijk het episch centrum moeten worden voor alles wat met ‘graphisme’ samenhangt. Maar als het festival op deze voet doorgaat, verliest haar doelgroep binnen de kortste keren het geduld en daarmee ook de aandacht voor het gebodene.
Catalogus (2 delen)
Pyramyd Editions, 2011
Formaat 22 x 32 cm en 17,5 x 25 cm
Softcover, engels- en franstalig, afbeeldingen in kleur
ISBN : 978-2-35017-237-8
€ 23,75